Gezonde, goed groeiende baby’s kun je aan water laten wennen als ze acht weken oud zijn. Rond de acht weken krijgen kinderen de eerste vaccinaties (dus: na de eerste vaccinaties tegen DKTP, Hib, HepB en Pneu.
Soms is het voor zo’n kleine baby nog veel te vermoeiend om naar het zwembad te gaan. Ook de omgeving van het zwembad, met al dat lawaai en al die prikkels, kan overweldigend zijn voor een baby. Daarbij zijn jonge baby’s gevoeliger voor infecties. Een alternatief is om eerst samen met je baby thuis in bad te gaan.
Als je baby te vroeg geboren is of niet goed groeit, is het verstandig eerst te overleggen met de huisarts of de jeugdarts. Als je baby iets ouder is, kan hij zichzelf beter op temperatuur houden en kan hij zijn hoofd langer rechtop houden. Dan wordt het voor je baby ook leuker.
In de meeste zwembaden worden zogenaamde baby- en peuterzwemlessen gegeven. Je kind raakt zo niet alleen vertrouwd met water, maar het is ook goed voor de bewegingsontwikkeling. Het is belangrijk dat je kind het zwemmen leuk vindt. Als het er geen plezier in heeft, zal het angstig worden. Laat je kind daarom stapje voor stapje aan het water wennen.
Baby’s kunnen zichzelf nog niet goed warm houden. Daarom moet:
- Het water moet bij voorkeur minstens een temperatuur van 32 graden hebben.
- De luchttemperatuur moet bij voorkeur minstens 34 graden zijn.
- Er moet speciaal opgeleid personeel zijn.
- Zwem niet langer dan een halfuur met je baby.
- Let op dat je baby niet afkoelt. Krijgt hij paarse lipjes of bibbert hij? Dan heeft hij het te koud.
- Zorg ervoor dat je na afloop je baby goed afdroogt en warm aankleedt.
Ga niet zwemmen met een zieke baby, zeker niet als je kind last heeft van oorontsteking. Kinderen met oorontsteking mogen niet met hun oren in het water. Ook als je kind last heeft van de luchtwegen is het beter om eerst advies te vragen aan je huisarts of op het consultatiebureau. In een zwembad hangen chloordampen waar je kind last van kan krijgen.